“Een aantal politieke partijen die niet leek te weten hoe de organisatie van een voetbalclub eruit ziet en een burgemeester die vindt dat hij de afgelopen periode geen fouten heeft gemaakt: dat is kortweg de samenvatting van een teleurstellend verlopen debat over de problematiek rondom het voetbal, vorige week donderdag.
Het debat was aangevraagd door de VVD, naar aanleiding van enkele incidenten bij voetbalwedstrijden de laatste maanden. De derby tussen Rijnsburgse Boys en Quick Boys van 19 april jl., waarbij achttien lichtgewonden te betreuren waren, was daarbij een triest dieptepunt. In antwoorden op schriftelijke vragen van de VVD én in het debat legde de burgemeester de verantwoordelijkheid voor een goede organisatie van wedstrijden nagenoeg volledig bij de voetbalclubs.
Het verhaal van de clubs
Voorafgaand aan het debat sprak ik met vertegenwoordigers van alle vijf voetbalclubs die onze gemeente rijk is, en met supporters van de drie grootste verenigingen: VV Katwijk, Rijnsburgse Boys en Quick Boys. Een deel van de clubs ervaart onder meer geen goede communicatie met de gemeente, begrijpt niet waarom de politie (wanneer die er toch is rondom grote wedstrijden) niet preventief op het complex wordt ingezet en voelt zich onvoldoende gehoord.
Zonder zelf clubs te spreken of te bezoeken, meenden een aantal vertegenwoordigers van politieke partijen precies te weten wat clubs allemaal zouden moeten doen. De realiteit is dat zij worstelen met een kleine groep raddraaiers en hulp van de gemeente en politie zoeken om deze groep aan te pakken. In plaats van steun vanuit de burgemeester en partijen, krijgen zij te horen dat ze het zelf maar moeten uitzoeken met hun vrijwilligers en dat grote wedstrijden “uiteindelijk niet meer gespeeld kunnen worden” als hen dit niet lukt.
Gemiste kans
Dit debat was hét moment voor reflectie: clubs kunnen zaken verbeteren, maar de burgemeester ook. In plaats daarvan werd het weer vingerwijzen. Zolang we blijven wijzen naar de ander komen we er niet. Helaas was dat wat in dit debat gebeurde. Zonde en een gemiste kans, voor open doel.
De VVD blijft dit onderwerp met interesse volgen. Zo’n tien procent van onze inwoners is lid van een voetbalclub en een veel groter aandeel is er, bijv. als (groot)ouder, regelmatig te vinden. We moeten er dan ook in gezamenlijkheid aan werken om het voetbal weer leuk en gezellig te maken voor iedereen.”
Lennart van der Plas
Fractievoorzitter VVD